Informatie afbeelding: Royal HaskoningDHV

Overige oppervlaktewaterlichamen

Onderstaande paragrafen beschrijven de inrichtingsmaatregelen die worden getroffen aan de oppervlaktewaterlichamen, niet zijnde de Boven Mark.

G - Dempen en verondiepen detailontwatering

Diverse watergangen, niet zijnde de Boven Mark, worden (gedeeltelijk) gedempt of verondiept tot 30 centimeter onder maaiveld. Hierdoor wordt meer water in het gebied vastgehouden. Eventueel in de watergang aanwezige duikers of andere civiele kunstwerken worden hierbij verwijderd of aangepast. Het betreft de volgende watergangen, inclusief de watergang tussen OWL22915 en OWL22916 (niet op legger):

OWL17672

OWL22799

OWL22801

OWL22802

OWL22911

OWL22914

OWL22910

OWL22915

OWL17615

OWL22899

OWL22916

OWL22909

H – Aanbrengen natuurvriendelijke oever

Als onderdeel van de ecologische verbindingszone wordt in zijwatergang OVK02076 (net ten zuiden van de nieuwe vrijstromende Mark) een natuurvriendelijke oever gemaakt. Hiervoor wordt aan de noordzijde een flauwe oever (talud 1:7) gerealiseerd startend vanaf de bestaande bodemhoogte, zie bijlage A1.

I – Opschonen watergang

Oostelijk van de nieuwe vrijstromende Mark wordt de watergang OWL22911 deels opgeschoond. De watergang wordt hierbij over de volledige breedte eenmaal gemaaid en opgeschoond ten behoeve van een goede afwatering.

J – Aanbrengen watergangen

Nieuwe watergangen worden aangebracht met een bodembreedte van 1 meter en taluds van 1:1,5, waarbij ze vanaf bestaande bodemhoogte van bestaande watergang onder licht verhang richting de vrijstromende Mark of nieuwe hoogwatergeul worden aangebracht. Deze maatregel dient primair ten behoeve van de afwatering van percelen van derden.

K – Aanbrengen poelen

Op diverse locaties langs de Mark worden nieuwe poelen aangebracht. De nieuwe poelen worden op een natuurlijke wijze gegraven in bestaande natuurlijke laagtes. Daarbij worden de poelen noord-zuid georiënteerd ingepast met een zuidelijk talud van 1:3 en een noordelijk talud van 1:10. De bodem van de poel ligt 0,5 meter onder de berekende Gemiddeld Laagste Grondwaterstand (GLG). De poelen hebben een oppervlakte van 100 tot 500 vierkante meter (minimale diameter 20 meter).